Bier voor tenminste 99,5% vrij van alcohol – ooit was het iets voor echte doorzetters. Maar zo langzamerhand ontwikkelt non alcoholic bier zich tot de hippe sneakers van het bieraanbod. Mensen die weten “hoe het heurt” fronsen er hun wenkbrauwen bij. Maar voor het dagelijkse leven zijn ze o zo comfortabel. Daarom zijn sneakers niet meer weg te denken uit de garderobe van iedere modebewuste tijdgenoot. Is iets soortgelijks aan de hand met bier? Biersommelier Frits Dunnink zette een aantal ontwikkeling op een rij: vijf trends in alcoholvrij bier.
Vijf trends in alcoholvrij bier
Hoor jij bij het kamp waar omtrent non alcoholic bier diep met de wenkbrauwen wordt gefronst? Of word je blij van de enorme, positieve ontwikkeling in het segment bieren met ten hoogste 0,5% alcohol? Wat je er ook van vindt: het neemt niet weg dat de vraag naar alcoholvrij en -arm bier de laatste tien jaar al maar stijgende is. Waar de consumptie van bier mét alcohol al decennia tanende is, geldt voor de verkoopcijfers van ≤0,5% bier: the sky is the limit. Ik ben van mening dat deze productcategorie de hype toch echt wel voorbij is. Of je het nu leuk vindt of niet: non alcoholic bier is gekomen om te blijven.
Voor die ontwikkeling zijn een aantal trends verantwoordelijk. Een vijftal neem ik in dit artikel nader onder de loep. Als uitsmijter nodig ik je uit een blik te werpen in de glazen bol: drinken we over honderd jaar nog wel bier mét alcohol?
Alcoholvrij bier smaakt steeds beter en het aanbod wordt hoe langer hoe breder
‘Gewone’ consumenten staan meer open voor alcoholvrij bier dan ‘bierkenners’
Het beste alcoholvrije bier koop je niet in de supermarkt en zeker ook niet bij de slijter
Gezondheidsbewustzijn gaat verder dan ‘voorzichtig aan met alcohol’
Alcoholvrij: waar hebben we het over?
Maar alvorens nader in te zoomen op bovengenoemde trends, is het eerst goed eens stil te staan bij een basale vraag: waar hebben we het over? Als je al eerder stukken over ‘alcoholvrij’ bier van me hebt gelezen, ben je zonder twijfel bekend met de regelrechte spraakverwarring die er heerst in de wereld van het bier (vrijwel) zonder alcohol. Want: alcoholvrij ≠ alkoholfrei ≠ alcoholfree. Verschillende landen hanteren verschillende normen. Waarom dat zo is, blijft gissen. Maar het is de werkelijkheid waarmee je als consument moet dealen. En als brouwer. Dankzij de strengste normen van de hele EU is ‘alcoholvrij’ brouwen voor brouwers in Nederland als een partijtje worstelen met een hand vastgebonden op de rug.
Nederland is het braafste kind in de klas. Bij ons is er maximaal 0,1% alcohol toegestaan wil je het mogen verkopen onder de noemer ‘alcoholvrij’. De Europese Commissie hanteert een andere, ruimere norm: 0,5%. Deze wordt nagevolgd door België en Duitsland. En er zijn landen in de EU die zelfs nog royaler zijn. Spanje bijvoorbeeld: daar mag bier zelfs tot 1,2% alcohol hebben en tegelijkertijd het predicaat ‘alcoholvrij’ dragen. “¡Salud!”
Nog even terug naar de wetgeving in Nederland. Wist je dat de warenwet hier bepaalt dat een frisdrank maximaal 0,63% alcohol mag bevatten? Je kunt je voorstellen dat er Nederlandse brouwers zijn die af en toe eens diep moeten zuchten. Dit kun je niet uitleggen. Hooguit navertellen.
Goed, dit wetende… Wat goed is voor een kleine 100 miljoen Belgen en Duitsers, is allicht ook gezond voor mij. Daarom houd ik in mijn perceptie van ‘alcoholvrij’ bier ook de norm 0,5% aan.
Nu we dit hebben vastgesteld, neem ik je mee in een aantal trends die ik onderscheid in de wereld van non alcoholic bier.
1.
Alcoholvrij smaakt steeds beter en het aanbod wordt hoe langer hoe breder
In den beginne was er het alcoholvrije pils. Dat was in de oertijd van het bier waarvan je veel kon drinken als je wilde. Toegegeven, het taste je rijvaardigheid niet aan en je moest er ook behoorlijk van naar de WC. Maar er veel van drinken, dat was toch echt iets voor de doorzetters. Dat had ermee te maken dat de beschikbare technologie voor het bier ontdoen van alcohol een eindproduct opleverde, dat bol stond van de off flavours.
Geavanceerde technologie
De technologie die brouwers hebben om alcohol uit bier te halen, zijn inmiddels een stuk geavanceerder. De mogelijkheden die er inmiddels zijn om smaak op te bouwen die de afwezige alcohol achterlaat, een stuk groter. Daarnaast hebben brouwers nog een andere truc in hun doos: bier maken met gist die weinig alcohol produceert, de zogenaamde ‘koude vergisting’. Al deze vooruitgang zorgt ervoor dat er meer en meer alcoholvrije opties op de biermarkt verschijnen, die je drinkt voor je plezier.
Daarbij speelt nog een andere ontwikkeling een rol: die van het smaakbewustzijn van de consument. Natuurlijk: ook anno 2022 is pils nog steeds het meest gedronken bier dat er is. Maar een al maar groeiende minderheid van bierconsumenten stelt zich open voor ook nog andere bierstijlen. Waar het marktaandeel van pils al jaren in de verkoopcijfers een dalende trend laat zien, zitten al die andere stijlen in de lift. En daarbij zitten bieren waarvan de receptuur zich eigenlijk (nog) veel beter leent voor een alcoholvrije versie dan pils.
Niet de enige bierstijl
De IPA was hiervan lange tijd het meest sprekende voorbeeld. Royaal gebruik van moderne hopvariëteiten met zelfbewuste, fruitige aroma’s en smaken vergroot de kans op een alcoholvrij bier dat prettig drinkt. Het aandeel van ‘IPA-achtigen’ is dan ook groot in het gamma alcoholvrij bier. Maar het is absoluut niet de enige bierstijl waar je hele smakelijke non alcoholic versies van kan maken.
Brouwers hebben bijvoorbeeld ook ontdekt dat je hele mooie alcoholvrije bieren kunt maken door je creativiteit de vrije loop te laten wat betreft de moutstort van het bier. Zo krijg je prachtige varianten van het traditionele Britse brown ale, of het Duitse Dunkles Lager. Een persoonlijke favoriet van mij is Sam’s Brown Ale van Samuel Smith Brewery uit Yorkshire. Of wat dacht je van de alcoholvrije Guinness? Een prachtig, maar zeer onderschat bier van Nederlandse bodem is Malty 0.0% Dark van Budels.
Ook klassieke recepten voor zure bieren lenen zich prima voor alcoholvrije varianten, zeker in combinatie met fruit. Zo maakte ik onlangs kennis met Free Sunset Red van de Poolse contractbrouwer Maltgarden. Door het uitgekiende gebruik van mout in combinatie met melkzuurbacterie en vers zomerfruit, ontstaat een verrukkelijk en complex bier met ongekende gastronomische mogelijkheden.
Waar in veruit de meeste (online) bierwinkels alcoholvrije bieren allemaal in een vergaarbak worden gedouwd, loont het inmiddels de moeite om op bierstijl te specificeren. Dan krijg je een indrukwekkende lijst:
| Amber/Spéciale Belge | Stout |
| Dubbel | Pils |
| Tripel | Helles Lager/Kellerbier |
| IPA | Dunkles Lager |
| Brown Ale | Fruitbier |
| Golden Ale | Gose |
| Witbier | Kettle Sour |
| Weizen | Fruited Sour |
| Porter |
2.
‘Gewone’ consumenten staan meer open voor alcoholvrij bier dan ‘bierkenners’
De verkoop van alcoholvrij bier zit in de lift. Uit in januari 2022 gepubliceerde cijfers van Nederlandse Brouwers blijkt dat de verkoop in twee jaar tijd met ruim 6% is gestegen. In 2021 vloeide er bijna 750 duizend hectoliter bier dat volgens de Nederlandse wetgeving alcoholvrij is. Het ligt voor de hand dat het aandeel bier in de categorie ≤ 0,5% zelfs groter is. Van alle in Nederland verkochte bieren is 1 op de 10 alcoholvrij. Grote brouwerijen gaan er vanuit dat dit aandeel tot 2025 verder groeit tot 1 op de 5 of zelfs 1 op de 4.
Wat daarbij opvalt is dat je bij de ‘gewone’ consument dikwijls een veel meer open houding aantreft ten opzichte van alcoholvrij dan bij (zelfverklaarde) ‘bierkenners’. In die categorie zit er nog veel weerstand op bier (vrijwel) zonder alcohol. “Ik drink alleen maar ‘echt’ bier” of “Dan drink ik liever water” zijn daar veelgehoorde kreten in verband met alcoholvrij bier. Waarbij de scheidslijn tussen ‘bierkenner’ en ‘biersnob’ natuurlijk fluïde is.
Twee soorten bierliefhebbers
In de praktijk kom je twee categorieën bierliefhebbers tegen: zij voor wie bier vooral proeven en ontdekken is, en de groep voor wie bier voornamelijk is verbonden met alcohol. Voor die laatste is bier zónder alcohol natuurlijk wel een dingetje. Voor iedere brouwer is het natuurlijk de uitdaging om een bier zonder alcohol te produceren dat voldoet aan de verwachtingen die drinkers hebben over hoe bier ‘hoort’ te zijn. Je open stellen voor alcoholvrij bier veronderstelt een lenige geest. Om het op juiste waarde te schatten, moet je eigenlijk alles wat je ‘weet’ over bier over boord zetten. En dat is moeilijk.
Het leidt ertoe dat ‘doorgewinterde’ bierdrinkers onherroepelijk ieder alcoholvrij bier dat ze proeven, toch vergelijken met bier waar wel alcohol in zit. Zeker als het (zoals in de meeste gevallen) een alcoholvrije versie van een gekend biertype is. Allicht een voor de hand liggend fenomeen, maar niet terecht: een zichzelf respecterend bierkenner vergelijkt toch een blond bier ook niet met een tripel en een dubbel niet met een Russian Imperial Stout? Maar afgezien van de vraag of deze ‘vergelijkingsreflex’ terecht is of niet: voor wie ermee behept is, ligt de teleurstelling altijd op de loer. Wie in alcoholvrij bier automatisch op zoek gaat naar dat wat er niet is (alcohol), komt per definitie van de koude kermis thuis.
Alcoholvrij moet je (willen) leren drinken
Ik heb daar wel eens interessante discussie over met ‘alcoholliefhebbers’. Dan houd ik hen voor dat je alcoholvrij moet (willen) leren drinken. Dat vinden ze maar onzin. Want iets dat goed is, hoef je niet te leren drinken. Dan neem ik ze mee in een klein gedachtenexperiment: naar het moment in hun middelbare schooltijd dat ze voor het eerst ‘écht’ bier proefden. Vond je dat toen al meteen lekker, vraag ik dan? De meesten moeten toegeven dat bier met alcohol ook absoluut wennen is.
Dat dat zo is, is niet raar. Het heeft te maken met de oerfunctie van smaak en proeven. Het zit in onze genen dat we sommige geuren en smaken wel of niet lekker vinden. Aroma’s en smaakindrukken van voedingsmiddelen die van oorsprong goed voor je zijn, vindt ons brein automatisch lekker. Maar er zijn ook geuren en smaken die werken als een alarmsignaal, voor dingen die niet goed zijn voor onze gezondheid: zuur of bitter bijvoorbeeld. Als er iets niet goed is voor ons lijf, is het alcohol wel. Het is dan ook niet verwonderlijk dat ons bewustzijn automatisch ‘Blèh!’ roept, wanneer we een alcoholische versnapering toelaten tot onze mond. We moeten ons bewustzijn trainen dat het oké is om wel een biertje te drinken. En de meesten van ons lukt dat vrij aardig.
De omgekeerde situatie doet zich voor als je alcoholvrij bier gaat drinken. Je bewustzijn heeft schema’s gecreëerd over hoe bier hoort te zijn. En dat alcoholvrije spulletje voldoet daar maar ten dele aan. Dat smaakt lang zo uitbundig niet als bier waar wel alcohol inzit. Om echt plezier te beleven aan bier zonder alcohol, moet je niet alleen eerst een hele vracht diepgewortelde onderbewuste verwachtingen afbouwen die je smaak erop na houdt over bier. Je moet ook nog eens alles wat je jezelf hebt aangeleerd over hoe bier ‘hoort’ te zijn, bij het oud vuil zetten.
Militant en luidruchtig
Het zou de moeite waard zijn om eens te onderzoeken hoe groot de groep bierdrinkers is bij wie alcoholvrij bier echt weerstand oproept. Best kans dat ze in de categorie ‘bierliefhebbers’ een minderheid vormen. Maar wel een van de militante en luidruchtige soort. Daarom is het een groep die veel aandacht opeist. En dat bepaalt weer hoe anderen tegen alcoholvrij bier aankijken. Waar dat toe leidt, daar lees je verderop nog over.
Allicht is de grootste groep bierconsumenten niet gehinderd door belemmerende overtuigingen over de vraag hoe bier ‘hoort’ te zijn. Dat zorgt ervoor dat ze een stuk ontspannener staan tegenover het fenomeen ‘alcoholvrij’ bier. Zoals een collega-sommelier het kernachtig formuleerde: “De meeste mensen willen in de eerste plaats een lekker drankje.”
‘Hardop zeggen dat je graag alcoholvrij bier drinkt, lijkt wel een beetje op uit de kast komen’
Biersommelier Frits Dunnink
3.
Het lekkerste alcoholvrije bier koop je niet in de supermarkt, en ook niet bij de slijter.
Ben je op zoek naar het lekkerste alcoholvrije bier? Dan moet je niet in de supermarkt zijn, maar evenmin bij de slijter. Dat laatste lijkt een boude uitspraak, die ik verderop nader aan je toe ga lichten. Eerst verdient het voorste deel van deze stelling nader uitleg.
Voor het lekkerste bier zonder alcohol moet je niet in de supermarkt zijn. En evenmin voor het lekkerste bier mét. Net zoals je bij de supermarkt niet de lekkerste aardappelen en aardbeien vindt. In het assortiment tref je die artikelen aan die voor de supermarkt het best, het makkelijkst te verhandelen zijn.
Lambada
Dat dat zo is, laat zich illustreren aan het hand van een voorbeeld: neem aardbeien. Ik vind het leuk om agrarische producten rechtstreeks te kopen bij de boerderij waar ze worden verbouwd, geteeld of gemaakt. Bij die gelegenheid ontdekte ik dat aardbeien niet gelijk aardbeien zijn. Precies zoals bier niet gelijk bier is. Dat was bij een teler waar ze aardbeien verkochten van de soort Lambada.
Wie ze ooit zelf heeft geproefd, zal het beamen: dan ben je eigenlijk voor de rest van je leven verpest. Omdat de supermarkt-zomerkoninkjes echt een slap aftreksel zijn van de intense geuren en smaken van de Übermensch onder de aardbeien, van het ras Lambada. Maar: hoe buitensporig verrukkelijk deze aardbeien ook zijn, als product zijn ze nauwelijks geschikt. Het beste eet je ze direct op de boerderij, want zelfs een rit naar huis in de fietstas overleven ze te nauwer nood.
Compromis aan smaak
Dan de supermarktaardbei: veel verstand ervan pretendeer ik niet te hebben, maar ze lijken op de soort die bovengenoemde teler aanbood onder de naam Elsanta. Qua smaak in vergelijking met Lambada een compromis. Maar robuuster en beter in een bakje te stoppen, dus meer geschikt als handelswaar. En aldus als je het mij vraagt een bewijs voor mijn stelling: in de supermarkt koop je de producten die het best te verhandelen zijn, niet van de beste kwaliteit.
Bier is in de wereld van supermarkten eenzelfde lot beschoren als de aardbei. Je kunt als brouwer nog zo’n geweldig bier hebben gemaakt: als het niet makkelijk verhandelbaar is, is het geen interessante waar voor de grootgrutter. Een supermarktketen is een geavanceerde distributiemachine die het liefst zaken doet met andere geavanceerde distributiemachines. Lukt het jou met je bier om tot die keten toegang te krijgen, dan heb je kans van slagen. Maar de vraag is of je dat wilt. Dat vereist productie in grote volumes. En wat heb je er als brouwerij uit Zeeuws-Vlaanderen aan om je bieren op het schap te krijgen in een super te Delfzijl, alwaar je product staat te verstoffen onder de tl-lampen? Maar dat is weer een ander verhaal.
Angst voor aanraking
Voor het lekkerste alcoholvrije bier moet je ook niet bij de slijter zijn. (Oké, uitzonderingen daargelaten.) Wanneer ik in een slijterij kom, werp ik altijd even een blik op het assortiment alcoholvrij bier. En maar al te vaak wekt dat een beetje een stiefmoederlijke indruk. Een verplicht nummer, alsof het erbij hoort maar het eigenlijk tegen heug en meug een plek heeft gekregen in de winkel. Dan moet ik steeds denken aan het geweldig woord uit het Duits, waar we in het Nederlands niet echt een eigen variant van hebben: Berührungsangst. Het laat zich vertalen als ‘angst voor aanraking’. Zo van ‘we hebben alcoholvrij bier een hoekje gegeven in onze zaak, maar eigenlijk willen we daar nog niet dood gevonden worden’.
Is het een schaduw van het verleden? Het zijn de oudere klanten die allicht nog een herinnering hebben aan Youp van ’t Hek en de Buckler-affaire. Maar ik denk dat er een andere, veel actuelere reden is dat slijters huiver voelen ten opzichte van alcoholvrij bier. Het zou best een kunnen dat die te vinden is bij de luidruchtige groep liefhebbers, voor wie bier met name alcohol is. En die hardgrondig hun dedain uiten voor al het bier waar geen alcohol in zit. Want vergeleken met die blubber dikke Russian Imperial Stout is die alcoholvrije milkstout natuurlijk altijd een tegenvaller. Cynische opmerkingen zoals ‘Bier zonder alcohol is als vrijen met je zus: je weet dat het fout is’ willen ook niet helpen.
Uit de kast komen
Dit soort imponeergedrag zorgt ervoor dat de zwijgende meerderheid van bierdrinkers die alcoholvrij op z’n tijd best oké vinden, zichzelf wel tien keer achter de oren krabt. En wel link uitkijkt alvorens ‘uit de kast te komen’. Want zo beschouwd heeft staan voor jezelf en hardop zeggen dat je met plezier alcoholvrij bier drinkt, gelijkenis met een coming out.
En weet je: zolang dit de teneur is, snap ik het ook heel goed dat slijters erin meegaan. Gelukkig veranderen er ook dingen: inmiddels heeft het fenomeen van de alcoholvrije slijterij zijn intrede gedaan. Tik eens voor de aardigheid in de internetzoekmachine van je vertrouwen die zoekterm in en verbaas je hoe je wordt aangevuld. Haarlem. Nieuwegein. Utrecht. Leiderdorp. Alkmaar. Den Haag.Leiden. ‘The times are a-changing…’
Ondertussen kun je het lekkerste bier zonder alcohol gewoon aan huis laten bezorgen. Je bestelt het met een paar muisklikken. Ga hier maar eens kijken als je nieuwsgierig bent. Van harte aanbevolen.
4.
Gezondheidsbewustzijn gaat verder dan ‘voorzichtig aan met alcohol’
Genieten van alcohol is goed beschouwd altijd een evenwichtsoefening geweest. Bier met alcohol laat zich combineren met een gezonde leefwijze, maar ‘moderatie’ is het devies. Geniet met mate, deel je bier en luister goed naar je lichaam. Als je meer wilt weten over alcohol, gezondheid en verantwoorde bierconsumptie, neem dan eens een kijkje op de website van het Kennisinstituut Bier.
Er zijn nog veel bierliefhebbers die bij het idee van alcoholvrij bier net zo reageren als een peuter van wie ze het favoriete speelgoedbeest afpakken. Maar niettemin wordt het bewustzijn dat overmatig alcohol niet goed is voor je gezondheid meer en meer mainstream. Campagnes zoals ‘Ik Pas’ of ‘Dranquillo’ sluiten daarbij aan om consumenten zichzelf bewuster te maken van hun consumptiepatroon op het gebied van alcohol in het algemeen en natuurlijk bier in het bijzonder.
Niet goed
Dit groeiende bewustzijn rondom bier en gezondheid staat niet op zichzelf. Allerlei traditioneel verankerde patronen staan ter discussie omwille van hun effect op de menselijke gezondheid. Roken is op zijn retour en wordt van alle kanten zwaar ontmoedigd vanwege de kosten die het voor de maatschappij met zich meebrengt. Daarnaast kennen we de campagnes om de consumptie van vlees en suiker te ontmoedigen. Allemaal geframed als niet goed: is het al niet voor je eigen gezondheid dan toch vanwege het klimaat.
Het spreekt voor zich dat bij het groeiende gezondheidsbewustzijn ‘rustig aan met alcohol’ niet de enige afweging is die consumenten maken. Er spelen ook keuzes mee op het gebied van hun voedingspatroon. En daar wringt voor een groot aantal van hen wat betreft alcoholvrij bier toch een schoen. Omdat bier zonder alcohol bij hen de naam heeft dat er veel suiker inzit, zelfs meer dan in ‘gewoon’ bier.
Laag in calorieën, hoog in smaak
De perceptie van alcoholvrij bier als ‘suikerbommen’ komt ook niet uit de lucht vallen. Er was een tijd dat brouwers het gebrek en smaak in bier ontdaan van alcohol compenseerden met suiker. Daarnaast is het bij bepaalde technieken voor het maken van non alcoholic bier een feit, dat er veel onvergistbare suikers in het brouwsel achterblijven. Gelukkig bieden technologische ontwikkelingen in alcoholvrij bier tegenwoordig andere mogelijkheden. Die resulteren in een eindproduct niet alleen zonder alcohol, maar ook laag in calorieën, koolhydraten en suiker. Maar bovenal: smaak.
Wil je meer weten over alcoholvrij bier en voedingswaarde? Lees dan het artikel hier bij Bierschrijver waarin ik dit thema uitdiep.
Voor brouwers die aan de slag willen met het ontwikkelen van een non alcoholic bier geldt eenduidig: ook al heeft je bier ten hoogste 0,5% abv, kijk ook naar het suikergehalte. Voor de in toenemende mate gezondheidsbewuste consument is voedingswaarde een steeds belangrijkere maatstaf in haar of zijn keuze.
5.
Alcoholvrij wint terrein maar alcohol als ‘iets om bij de grote mensen te horen’ zit diep in onze cultuur
Tot slot een kijkje in de glazen bol. Alcoholvrij en -arm bier wordt zo zachtjes aan mainstream. Als productcategorie laat het in het afgelopen decennium enorme groeicijfers zien: + 500%. Daarbij valt op dat de brede massa zonder uitgesproken opvattingen over bier non alcoholic omarmt als alternatief. In tegenstelling tot een kleine maar militante groep liefhebbers die bier ontdaan van alcohol maar niks vindt. Waar leidt deze ontwikkeling toe?
’s Werelds grootste bierconcern AB InBev heeft niet voor niets een topmanager aangesteld van wie de enige verantwoordelijkheid is ervoor te zorgen dat bier ook nog over honderd jaar een relevant product is. Want hoe alom tegenwoordig bier ook lijkt in onze cultuur, zijn positie is allerminst onaantastbaar. De tijd dat de bevolking van onze aarde jaarlijks steeds meer alcohol consumeerde, is voorbij.
Een kwart van de jongvolwassenen drinkt geen alcohol
Ondanks het feit dat de welvaart op veel plekken in de wereld nog steeds stijgt, is globaal de alcoholconsumptie sinds een paar jaar afgevlakt. Om zelfs een beetje te dalen, blijkt uit onderzoek van de Verenigde Naties. Hoewel niet vaststaat of deze trend doorzet, is het opvallend dat in de Verenigde Staten recent de vraag naar alcohol gedurende drie jaar achtereen daalde. In het Verenigd Koninkrijk leren cijfers van het nationale bureau voor statistiek, dat een kwart van de 16- tot 24-jarigen geen alcohol drinkt.
Jongere generaties ontwikkelen nieuwe gewoonten, ook waar het gaat om vrije tijd en ontspanning. Daar hoort de consumptie van genotmiddelen bij. Alcohol wordt steeds minder het voor de hand liggende alternatief. Recreatief drugsgebruik zorgt ook voor een opwekkend effect, maar dan zonder de inname van lege calorieën zoals bij bier, wijn of gedestilleerd. In plaats van een pintje een pilletje als je samen bent met vrienden en/of vriendinnen.
‘Rite of passage’
Daar staat tegenover dat samen genieten van een alcoholisch drankje al zo oud is als de mensheid. Er zijn zelfs wetenschappers die beweren dat (matig) alcoholgebruik in sociaal verband een factor is voor het evolutionaire succes van de menselijke soort. Bier lijkt een onlosmakelijk onderdeel van rituelen en gezelligheid waar veel waarde aan wordt gehecht. En die voor heel wat kinderen een aantrekkelijke uitstraling hebben: mee een biertje drinken betekent erbij horen.
Drinken we over honderd jaar nog bier? Ik ben geneigd te zeggen: ‘Ja.’ Hoewel een avond doorzakken in de kroeg allicht zijn langste tijd heeft gehad. Misschien heeft het zich dan ontwikkeld tot een soort subcultuur, zoals recreatief druggebruik dat nu is in bepaalde kringen.
Conclusie: 0,5% alcohol, 100% vakmanschap
Vijf trends in alcoholvrij bier, die aantonen dat het de hype voorbij is. Op bepaalde momenten geniet je van een mooi glas bier met de volle smaak van alcohol. En op andere ogenblikken ben je juist blij met een fijn en smaakvol non alcoholic bier. Want het is natuurlijk geenszins aan de orde dat alcoholvrij bier dat mét alcohol zou moeten vervangen. Als je het mij vraagt, kunnen beide prima naast elkaar bestaan.
Een andere, immense, misvatting is in mijn ogen beweren dat je geen verschilt zou kunnen proeven tussen bier mét en zonder alcohol. Reclame-uitingen die dat suggereren, spiegelen consumenten leugens voor. Probeer jezelf open te stellen voor bier dat voor tenminste 99,5% vrij is van alcohol. Leer het op z’n juiste waarde te schatten. Ook al zit er maar 0,5% alcohol in een bier, je kunt er zeker van zijn dat brouwers het met 100% toewijding en vakmanschap maken. En dat feit maakt op zijn beurt dat ze het verdienen om met open vizier te proeven.
Leestips
Alcoholvrij bier met een bijzonder verhaal: 0.00% Wit van Lowlander Beer.