Het aantal biersommeliers in Nederland benadert inmiddels de 300. Stuk voor stuk toegewijde bierkenners met een groot hart voor brouwen, brouwers en smaak. Eén van hen geeft wel op een heel bijzondere manier invulling aan zijn biersommelierschap. Door zijn kennis over bier te combineren met talent voor muziek en vrolijke liedjes. Laatst was ik in de gelegenheid om bij hem langs te gaan in Friesland: op bezoek bij BierTroubadour Jan Nota.
Op bezoek bij BierTroubadour Jan Nota
Vrijwel kaarsrecht snijdt de provinciale weg door het uitgestrekte weideland. Onder de hoge hemel de dorpen met in deze weidsheid nietig lijkende huizen, samengekropen rond robuuste bakstenen kerken. Langs de weg passeer ik vlaggen die strak wapperen in de gure wind: naast het rood-wit-blauw de trotse ‘Pompeblêden’. Dit landschap heeft als voordeel dat je de buien die dit vlakke groene land vanmiddag teisteren, al kilometers ver uit het zuidwesten ziet aankomen.
Ik ben op weg naar Pingjum, een van die dorpen. Ooit waren dit levendige agrarische gemeenschappen. Maar op de woensdagmiddag dat ik dit plaatsje nabij de kop van de Afsluitdijk binnenrijd, maakt het een afwachtende, mensenlege indruk. Windvlagen ruisen door de hoge bomen langs de Nesserweg wanneer ik het erf op rijd van de Nije Trije: boomkwekerij, locatie voor dagbesteding, minicamping mét tuincafé. En bovenal de thuisbasis van mijn collega-biersommelier Jan Nota, die groeiende vermaardheid geniet als de BierTroubadour. Hij gaat me voor naar de ontvangstruimte van zijn ‘bedoening’, gevestigd in een oude, hoge boerenschuur. Daar staat een prima koffieapparaat en bovenal: in de houtkachel gloeit een behaaglijk vuur.
Voor de koffie niet zeuren
Vanzelfsprekend begint onze ontmoeting boven twee bakken geurige koffie. Want niet voor niets doet hier in Fryslân het gezegde opgeld: ‘foar de kofje net eamelje’. Dat laat zich vertalen als ‘voor de koffie niet zeuren’. Jan heeft een verrassing in petto: hij heeft me uitgekozen als ‘slachtoffer’ voor een videointerview, dat een plek moet krijgen in de online proeverij die de laatste zaterdag van oktober op het programma staat. Een ‘fraachpetear’ over mijn doen en laten als Bierschrijver en -sommelier. Met aandacht voor mijn bier-scheurkalender 2021 en het boek over alcoholvrij bier dat nog op stapel staat dit najaar.

Maar eerst is het mijn beurt. Voor een interview in geschreven vorm: wie is Jan Nota, met elf vragen over wat hem motiveert en ertoe bracht om BierTroubadour te worden.
De geboorte van de BierTroubadour
Jan Nota werd (1981) geboren in het zicht van de zeedijk in zuidwestelijk Fryslân, pakweg de streek tussen Harlingen en Bolsward. Als kind droomde hij ervan om onderwijzer te worden. Maar dat kon niet omdat Jan datgene wilde doen wat ook zijn vriendjes gingen doen na de lagere school: naar de LTS om timmerman te worden. Dat resulteerde uiteindelijk in een timmerdiploma, maar ook een welgemeend advies om ervan af te zien om ook daadwerkelijk als timmerman aan de slag te gaan. Hij vervolgde zijn opleiding op de landbouwschool en vond uiteindelijk emplooi als grondwerker in de wegenbouw.
Via een omweg toch naar de PABO
“Ik wilde geld verdienen, zodat ik met mijn kameraden op stap kon. Ik wilde niks missen”, herinnert Jan Nota zich die tijd. Maar echte voldoening vond hij niet tijdens de lange dagen die hij sleet aan de schep. Gelukkig lukte het hem zijn vooroordelen over boord te zetten, in een omgeving waar je vaak kon horen dat doorleren iets was voor ‘sukkels’. Via een omweg belandde Jan uiteindelijk alsnog op de PABO.

In die periode begon ook de muziek een rode draad te vormen in zijn leven. Duizend gulden had Jan gekregen van zijn ouders nadat hij was geslaagd op de LTS. Geld dat hij voor het grootste gedeelte investeerde in een gitaar met versterker. Hij ging spelen in een band. In het laatste jaar van zijn PABO-opleiding kwam hij op te treden op een school voor speciaal voortgezet onderwijs. En van het een kwam het ander: het aanbod of hij daar niet wilde komen werken als hij met zijn studie klaar was.
Brainwave
Zijn jongensdroom vervuld, in zijn vrije tijd op pad om te spelen als muzikant. En rond die tijd werd ook het bier steeds belangrijker: om te proeven en om van te genieten, maar ook om zoveel mogelijk van te weten. Jan herinnert zich hoe hij op een avond na een StiBON-les in het donker terug reed naar huis in Pingjum. En hoe op dat moment de brainwave kwam, die alle puzzelstukken in elkaar deed vallen. Met zijn talent voor vrolijke liedjes en ferdivedaasje, de aangeboren inspiratie om anderen wat te leren en zijn groeiende kennis van en liefde voor bier, zou hij proeverijen gaan houden, gelardeerd met zijn eigen muziek. De geboorte van BierTroubadour was een feit!
Sinds dat moment is hij een welkome gast op bierfestivals en tal van andere evenementen. Vanwege de covid-19-situatie is zijn bewegingsvrijheid op het moment beperkt tot het online domein. Wil je meer weten over waar je BierTroubadour Jan Nota virtueel kunt ontmoeten? Breng dan een bezoek aan zijn site.
Ga naar de website van de BierTroubadour >>
11 vragen aan BierTroubadour Jan Nota
Sinds wanneer drink je al ‘speciaalbier’? Wat was het eerste bier dat je proefde? En waar dronk je het?
“Dat zal zo in jaren 2002, 2003 zijn geweest. In die tijd ging ik met mijn vader op wandelvakantie naar Schotland. Daar gingen we dan ’s avonds naar de pub en daar maakte ik kennis met Guinness. Natuurlijk heel iets anders dan het pilsje dat ik kende vanuit de kroeg hier in Friesland. Voor die vakantie trainden we ook hier in de buurt. Daarvan herinner ik me dat we na afloop vaak nog even naar het café gingen. Mijn vader bestelde dan Palm en ik deed natuurlijk mee.”
Wat is je meest gedenkwaardige bierervaring?
“Poeh, dat is een goeie vraag. Als ik terugdenk, kom ik uit bij die keer dat ik van een kameraard van mij het boek ‘Minder trammelant in bierland’ kreeg. Dat zal rond kerst 2007 zijn geweest. Die kameraad kon zelf niet zoveel worden met dat boek, dus toen kreeg ik het. Want ik dronk altijd al van dat zogenaamd ‘vreemde’ bier, hahaha… Zo is mijn ontdekkingstocht echt goed begonnen in de wereld van het bier. Met wisselende ervaringen trouwens. Ik weet nog toen ik de eerste keer een Orval proefde. Ik dacht: ‘bliksem, wat is dit voor spul?’ In de tussentijd is mijn smaak wel verder ontwikkeld.
“Wat ik me ook herinner is de keer dat ik in de buurt van Westvleteren samen met een andere kameraad van mij in het café terecht kwam. En daar hadden ze een fantastisch donker bier met een enorm alcoholpercentage. Toen begon ik me ook bewust te worden van wat ik eigenlijk allemaal niet wist over bier en brouwen. En dat het begon te kriebelen: ik wil weten hoe het zit. Dat heeft er uiteindelijk voor gezorgd dat ik aan de slag ben gegaan met het opleidingstraject van StiBON.”

Wat is je favoriete bier?
“Dat hangt natuurlijk af van het seizoen. Als het buiten lichter en warmer is, drink ik graag een Hefeweizen van Weihenstephaner. Waarschijnlijk omdat het Weizen van het Brouwdok, wat ik ook zo lekker vind, niet in halve liter afgevuld wordt hahaha… Behalve dat Weihenstephaner verrukkelijk smaakt, is het natuurlijk al een belevenis op zich om te drinken met dat prachtige glas.
“Als het buiten donker en guur wordt, drink ik liever een donker bier. Heerlijk, een moment voor mezelf bij de warme gloed van het haardvuur. Met een Kracht in de Nacht bijvoorbeeld, de imperial stout van Grutte Pier Brouwerij. Ik kan ook heel erg genieten van de White Label-bieren van Emelisse. Wanneer ik hier in Pingjum neerstrijk in onze dorpskroeg, de Hollandse Kus, drink ik steevast een Rochefort 10 of een Zundert 10. In dat café hebben ze op de bierkaart onder meer de meeste trappistenbieren staan. Die Zundert 10 is vrij nieuw en onbekend, maar ook een prachtig mooi bier om van te genieten.’
Wat vind je het bier met het mooiste etiket?
“Ik vond het etiket van Pauwel Kwak altijd mooi om te zien, met die koetsier. Maar dat was voordat ze het veranderd hebben. De nieuwe versie spreekt me veel minder aan. Dan vraag ik me toch af: ‘wat willen jullie hier in vredesnaam mee?’ Genieten van zo’n Kwak is natuurlijk op zichzelf al een hele belevenis , met dat bijzondere glas in die houten stellage. Daar doet zo’n nieuw etiket verder niks aan af, gelukkig.”
Is er een pils dat je graag drinkt?
“Ben ik bij vrienden in de Achterhoek, dan drink ik met veel genot de beugelflessen van Grolsch. Thuis hebben we Hertog Jan op de kaart. Maar met Rick Kempen een getapte Heineken drinken in de ‘Engelse Reet’ (café in Amsterdam, tegenwoordig ook bekend als De Pilsener Club – fd) is ook een feest!”

Hoe kijk jij aan tegen alcoholvrij bier?
“Ik ben als BierTroubadour een solomuzikant. Dus als ik ergens optreed, moet ik altijd terugrijden. Om die reden staat er in ieder contract dat ik afsluit als ik op een locatie ga spelen, altijd een vaste bepaling: dat er wordt gezorgd voor een stopcontact en een treetje alcoholvrij bier. Voorheen vaak Amstel Malt, maar tegenwoordig geniet ik van Heineken 0.0: lekker doordrinkbaar zodat je niet te ‘blostig’ wordt tijdens het zingen. Het gekke is dat als je tegenwoordig een Malt bestelt, de jongedame achter de bar amper nog weet wat dat is. ‘O, je bedoelt 0.0?’ hahaha…”
Met wie zou je graag een keer een goed glas bier willen drinken, wanneer al het covid-19-gedoe dat weer toelaat?
“Dit voorjaar heb ik samen met de brouwers van Grutte Pier een aantal live online proeverijen gedaan. Tijdens de voorlopig laatste keer vlak voor de zomer, werd het idee geopperd dat we een keer een soort reünie zouden moeten houden. Dus bier drinken met alle deelnemers van de livestream. Voorlopig zit dat er niet in, want we zijn noodgedwongen weer begonnen met een nieuwe reeks online proeverijen. Verder zou ik ook wel eens met Keith Richards een keer bier willen drinken: voor een muzikant is dat natuurlijk een hele interessante persoon. En dan lekker doorzakken.”
Is er in de bierwereld een persoon waar je bewondering voor hebt?
“Als je het hebt over iemand met wie ik graag een glas bier drink: Henri Reuchlin is heel goed gezelschap om dat mee te doen. Geweldig, die diepe kennis over bier die hij op een hele plezierige manier ten toon spreidt in zijn boeken en de manier waarop hij praat over bier. Dan valt me keer op keer weer op hoeveel oprechte liefde voor bier dat ademt.”
Zijn er bepaalde tips die je met bierliefhebbers in Nederland en Vlaanderen wil delen?
“Het zijn natuurlijk hele rare tijden waarin we nu leven, met dat virus dat de kop op blijft steken. We hebben een bierwereld om ‘u’ tegen te zeggen. Maar al die prachtige brouwerijen ondervinden als geen ander weer de gevolgen ervan dat nu voor de tweede keer in een jaar de horeca weer op slot gaat. Daarom zeg ik: steun lokale brouwerijen in je omgeving. Het is natuurlijk hartstikke mooi dat we overal die onafhankelijke brouwerijen hebben: leuke ondernemingen die met veel energie en inspiratie mooie, verrassende biersmaken maken. Maar het moet natuurlijk wel allemaal worden betaald. Dus blijf genieten van hun bier! Koop het direct bij de brouwerij of bij de slijter. Zo kunnen we er met z’n allen voor zorgen dat die rijkdom aan bier en die passie zoveel mogelijk blijft bestaan. Maar pas ook op elkaar en blijf gezond!”
Laatste vraag: maak de volgende zin af. Nederland kan niet zonder biersommeliers omdat…
“…mensen dan meteen beginnen te eamelen dat er kluitjes zitten in hun bier, hahaha… Mensen weten nog zo weinig over bier en hebben zulke rare ideeën over hoe bier hoort te zijn en over smaak. Als biersommelier moeten we zoveel mogelijk mensen uitleg geven over hoe smaak werkt, zodat ze nóg meer gaan genieten van bier. Hen uitnodigen om open te staan voor andere, nieuwe smaken.
“Een goed voorbeeld: een van de jongens die hier werkt, kreeg laatst eens een bierpakketje. Daar zat ook een Gulden Draak in: potverdorie, een donker bier van wel 10%. Maar dát is spannend…! Iedere keer vraag ik hem wanneer hij dat nou eens gaat proeven. Maar steeds komt het er niet van. Ja, want dat is natuurlijk heel ander bier dan wat hij kent. Misschien smaakt het wel raar, en dan die al die alcohol: misschien wordt ‘ie dan wel meteen dronken… Man, man, man… Als biersommelier kunnen we mensen helpen om uit hun comfortzone te komen. En zo zorgen voor smaakvolle verrijking.”
Leestip
Benieuwd hoe biersommeliers in Nederland de corona-crisis ervaren? Je leest het in dit achtergrondartikel.
Wil jij ook jouw brouwerij of bierwinkel voor het voetlicht brengen met een mooi interview? Of heb je een bijzonder verhaal als biersommelier? Neem dan eens contact op met mij. Dan bespreken we de mogelijkheden.
Benieuwd naar de bier-scheurkalender 2021? Lees wat je kunt verwachten en hoe je ‘m bestelt. >>
Lekker verhaal, twee mooie mensen en een top-onderwerp! Ik hoop snel met Jan Nota die pint te vatten bij Teun. O ja Frits: de naam van het café is toch ‘De Pilsener Club’, bijgenaamd ‘De Engelse Reet’. Overigens heette het tot 10 mei 1940 nog ‘Zum Pilsner Club’. Het is dus niet zo dat de ‘Engelse Reet’ tegenwoordig bekend is als Pilsner Club.
Ha Rick, alles wel? Leuk om van je te horen! Jouw reactie bewijst: een dag niks geleerd is een dag niet geleefd. Tige dank voor dit kruidige stukje horeca-historie… (: